Ga naar de inhoud

POCT onmisbaar bij orgaantransplantatie

Andrei Tintu (vooraan) en Emare Hulskamp (achteraan)

Het Erasmus MC Transplantatie Instituut is een van de grootste centrum in Nederland voor lever-, nier-, long- en harttransplantaties. Point-of-care-testing speelt daarbij een belangrijke ondersteunende rol en inzet daarvan leidt zelfs tot toename van het aantal transplantaties. 

‘Bij orgaantransplantatie gaat het vooral om NRP (normotherme regionale perfusie), NMP (normotherme machineperfusie) en DCD (Donation after Cardiac Death)’, vertelt Emare Hulskamp, Point of Care Coördinator Erasmus MC. ‘Drie verschillende procedures, waarbij ook verschillende POC-apparatuur een rol spelen. Bij NRP bijvoorbeeld worden op de O.K. zo snel mogelijk canules in de vena cava en aorta geplaatst. De circulatie in de buikholte wordt hersteld door bloed op lichaamstemperatuur rond te pompen, waardoor de organen weer  metabool actief worden en hetzelfde aspect krijgen als tijdens een normale operatie. Dit gebeurt ongeveer twee uur, waarbij er op verschillende momenten bloed wordt afgenomen om het functioneren van de lever te analyseren. Als de waarden goed zijn en de lever stabiel blijkt te functioneren, kan deze toch in aanmerking komen voor transplantatie. Voor deze procedure wordt andere POC-apparatuur gebruikt dan bijvoorbeeld bij de heart-in-box-techniek bij DCD.’

Samenspel transplantatiegeneeskunde en klinische chemie
‘Het gaat altijd om maatwerk’, bevestigt Andrei Tintu, laboratoriumspecialist Klinische Chemie. ‘Daarom is samenwerking tussen de specialisten van de transplantatie­geneeskunde en de klinische chemie, waaronder POCT valt, zo belangrijk. Afhankelijk van de techniek en de toepassing kunnen wij binnen ons point-of-care-team kijken bij welke procedure welke test het beste past. De keuze tussen snelheid en nauwkeurigheid is daarbij afhankelijk van de situatie. Daarom is het goed dat wij vanuit het laboratorium worden meegenomen in de procedures en dat er vanuit de kliniek duidelijk wordt aangegeven welke toepassingen noodzakelijk zijn. Zo kunnen we samen tot een goed werkproces komen, dat de kwaliteit van de zorg ten goede komt.’

Donorlevers
Als voorbeeld noemt Hulskamp de aanpassing van het ABL-apparaat voor het meten van bloedgassen bij donorlevers (zie ook het artikel op de site van het Erasmus MC). ‘Deze is nu op zo’n manier geconfigureerd dat de orgaanperfusionist real time bloed- en galmetingen kan doen bij donorlevers die een warme perfusie ondergaan. Productie en samenstelling van gal zegt namelijk iets over de gezondheidstoestand van een donorlever. In totaal gaat het om circa 25 tot 40 bloed (perfusaat) en 10 tot 20 gal per procedure. Dankzij deze uitkomsten kan veel betrouwbaarder dan voorheen worden vastgesteld of een lever transplantabel is.’ Warme perfusie van levers in combinatie met de uitkomsten van het ABL-apparaat heeft ertoe geleid dat circa tweederde van de levers die anders zouden zijn afgekeurd, nu worden gebruikt voor transplantatie. Een grote verbetering dus.  
‘De meettechniek is hetzelfde als voor volbloed, alleen is de analyser voor volbloed gevalideerd en niet voor materialen als gal en perfusaat’,  vervolgt Hulskamp. ‘Daarmee was al ervaring opgedaan in Groningen, maar wij hebben nog grondig gecontroleerd of de resultaten inderdaad acceptabel en betrouwbaar zijn.’ Tintu vult hem aan: ‘Tegelijk hebben het zo ingeregeld dat alle uitkomsten direct in ons ziekenhuisinformatiesysteem HIX komen en zo heel inzichtelijk zijn.’

Betrouwbaarheid voorop
Betrouwbaarheid staat bij beide heren torenhoog in het vaandel. ‘Het Erasmus MC beschikt over een breed scala aan POCT-meters, waaronder glucose-, bloedgas-, urine-, hemoglobine-, INR- en droge chemiemeters’, licht Tintu toe. ‘Het is van enorm belang dat ze stuk voor stuk betrouwbaar zijn. Neem orgaantransplantatie. Het transplantatieteam vaart er tijdens de procedures blind op dat de resultaten die uit POC-testing komt, correct zijn. Op basis daarvan worden beslissingen genomen. Dan is het essentieel dat wij vanuit de klinische chemie de kwaliteit kunnen waarborgen, controles uitvoeren en de degenen die ermee werken instrueren en begeleiden.’ Hulskamp zegt glimlachend: ‘Zo ontzorgen we de specialisten. Wij zorgen ervoor dat de apparaten tijdens de procedures altijd klaar zijn voor gebruik.’ Kwaliteitscontroles vinden regelmatig plaats. Sinds twee jaar wordt de kwaliteitsbewaking van alle decentrale POC-apparaten op een geautomatiseerde manier beheerd met de POCcelerator. In dat systeem staan alle kwaliteitsgegevens van alle POC-apparaten en het gebruikersbeheer. 

POCT-beleid
Met zoveel aandacht voor kwaliteit is de aanschaf van diagnostische sneltesten zónder overleg met de klinische chemie dan ook een nachtmerrie. Tintu: ‘Er zijn firma’s die een specialist gratis een sneltest-apparaat aanbieden met tal van beloften daarbij over de werking. Dat kan natuurlijk niet, dat kan zelfs leiden tot onveilige situaties. De regie moet echt bij het POCT-team liggen. We zijn dan ook blij met het POCT-beleid in het Erasmus MC, met daarin duidelijk omschreven taken en verantwoordelijkheden. Hulskamp besluit: ‘De ontwikkelingen in de point-of-care-testing gaan snel. In overleg met de kliniek kijken we met het gehele POCT-team of nieuwe technieken zinvol zijn om in te zetten in bestaande procedures. Daarbij mag snelheid natuurlijk nooit ten koste gaan van goede patiëntenzorg. Dat staat altijd voorop.’

Gerda van Beek

Meer lezen? Schrijf u in voor de tweewekelijkse POCT.nl nieuwsbrief!

Mis nooit meer het belangrijkste POCT nieuws!

Elke twee weken in 10 minuten op de hoogte van het laatste nieuws en trends over Point-of-Care Testing.

Mis nooit meer het belangrijkste POCT nieuws!

Elke twee weken in 10 minuten op de hoogte van het laatste nieuws en trends over Point-of-Care Testing.